Over de auteur


Geboren en getogen in Doetinchem kwam ik van jongsaf al in contact met andere culturen doordat mijn vader bij multinational Philips werkte. Omdat de buitenlandse werknemers van Philips in Nederland getraind werden en in het weekend niets omhanden hadden, nodigden mijn ouders ze uit waardoor we regelmatig Spanjaarden, Italianen, Argentijnen, Koreanen en Taiwanezen over de vloer hadden.
Dol op boeken studeerde ik aan de bibliotheekacademies van Tilburg, Den Haag en Amsterdam en later enige tijd filosofie aan de Rijksuniversiteit Utrecht.
Als bibliothecaris belandde ik in de pioniersfase van het bibliotheekwerk voor allochtonen, waarvoor ik tijdens een vakantie in Zuid-Europa nog eens ben overgestoken naar Marokko om Arabische boeken te kopen. Naast mijn normale werkzaamheden schreef ik prikkelende artikelen over controversiële zaken die het wat suffe bibliotheekwereldje regelmatig op stelten zette.
Hoewel ik al sinds mijn achtste schrijf en vanaf mijn 19e zelfstandig op reis ging (eerst in West-Europa en daarna steeds verder) kwam ik pas laat op het idee om reizen en schrijven te combineren. Dat gebeurde na een zware reis door India in 1990, waarna het me pas opviel hoe onrealistisch en eenzijdig positief de meeste reisboeken waren. Het eerste anti-reisboek was het resultaat; een reisboek waarin nu eens alle negatieve kanten van het reizen benadrukt werden. Vanaf dat moment werden mijn grote reizen “projecten” die moesten resulteren in een reisboek, waarbij mijn belangstelling voor andere culturen gekoppeld werd aan mijn filosofische interesse om diepgaande onderzoeken te verrichten.
Met Paul Theroux als mijn grote voorbeeld ga ik nooit op reis zonder een pijp en een fles drank en reis ik bij voorkeur per trein. Theroux is hier inmiddels vanaf gestapt, maar deze grote traditie wordt nu door mij voortgezet.